Kampeerautoreizen.nl » Portugal» Extremadura, Ribatejo, Baixo Alentejo en de Algarve

Portugal
Reis 3 - Estremadura, Ribatejo, Baixo Alentejo en de Algarve
Bestellen    Terug naar Portugal



Estremadura.

Lissabon - Lisboa voor de Portugezen- is het hart van Estremadura en de hoofdstad van Portugal. Door de ligging op de sterk hellende noordelijke oever van de Rio Tejo, daar waar de rivier zo breed is als een meer, is het een van de mooist gelegen Europese hoofdsteden.

Estremadura is een langgerekte streek, die maximaal een breedte van 40 km bereikt, tussen de Atlantische Oceaan en de parallel gelegen streek Ribatejo. De delta van de Rio Sado markeert de zuidgrens. De ruggegraat van het gebied wordt gevormd door een noord-oost en zuid-west verlopend glooiend heuvellandschap dat zijn hoogste punt op ongeveer 500 m bereikt in de Serra de Sintra en de Serra da Arrábida, beide uitlopers van de Serra Estrela. Deze 'bergketens' zorgen er voor dat de kust van Estremadura twee verschillende gezichten heeft, enerzijds een steil in zee aflopende rotskust met kleine strandjes, anderzijds - in het noorden en op de westkust van het schiereiland Setúbal - bredere zandstranden omzoomd door duinen met dennen.

Ribatejo.

De voormalige provincie Ribatejo ligt zoals de naam al doet vermoeden, aan weerskanten van de Rio Tejo. Daarnaast is deze rivier, zowel historisch als landschappelijk, de scheiding tussen Noord- en Zuid Portugal.

Op de sappige groene weidegronden, de 'leziras' ten zuiden van de rivier, grazen de stieren, runderen en paarden, die in de stoeterij gefokt worden. De kudden worden gehoed door de 'campinos', de cowboys van de Ribatejo. Tijdens hun werkzaamheden op de weiden dragen ze over hun broek een dierenhuid, waarvan de haren naar buiten zijn gekeerd.

Baixo Alentejo.

De provincie Baixo Alentejo is nog iets ruiger en nog dunner bevolkt dan Alto Alentejo. Het maakt nog meer een verlaten indruk en de bevolking heeft het nog moeilijker om in zijn levensonderhoud te voorzien.

Baixo heeft een kustgebied. Deze Costa Dourada is de minst ontsloten kust van Portugal, al zijn er al wel wat badplaatsen: Porto Cova en Villa Nova de Milfontes.
Ook in dit deel van Alentejo worden witte stadjes, die plotsklaps opdoemen, omringd door uitgestrekte graanvelden, kurkeikbossen, olijfboomgaarden en in augustus de zonnebloemvelden.  Ook hier zijn de zomers bloedheet en de winters ijskoud.

Natuurlijk hebben ook in Baixo Alentejo de auto, pick-up en de brommer zijn intrede gedaan, maar het vervoer per ezel of in een 'carrinho', een klein soort huifkar, getrokken door ezel of paard, is een normaal verschijnsel. Soms worden ook hele einden per voet afgelegd.

Algarve.  

De zuidelijkste provincie Algarve heeft een mediterraan klimaat: warme, droge zomers en zachte winters, met jaarlijks gemiddeld 3200 zonne-uren. Daarmee is deze streek niet alleen ideaal voor een voorjaars- of zomervakantie, maar ook als overwinteringsgebied. Over het algemeen is de Algarve voor de Portugesen zelf te duur als vakantiegebied.

Zo'n 15 km ten westen van Faro begint de Rots-Algarve (50 km lang) die doorloopt tot Sagres en zich daarna voortzet langs de westkust. Dit is een fantastisch verweerde kust van geel en rood gesteente. Steil en hoekig rijzen de fascinerende rotsformaties met allerlei grillige vormen uit zee op.  Van Faro naar het oosten ligt de minder toeristische Zand-Algarve. De stranden liggen hier of op zandbanken voor de kust of direct op het vaste land. Hier zijn geen rotsen, maar uitgestrekte vlakten, die geleidelijk overgaan in een duinenrij bedekt met dennen. Tussen de zandbanken en de kust liggen de lagunes, waarvan het water met het licht mee de hele dag van kleur verandert. Behalve Monte Gordo liggen hier geen badplaatsen pur sang, maar eerder vissersdorpen met strandfaciliteiten.

De Algarve heeft meer te bieden dan alleen maar strandvertier. De charme ervan wordt gevormd door de vissers-annex badplaatsjes met hun bont gekleurde boten, de blinkend witgekalkte huizen met rode pannendaken en gebeeldhouwde schoorstenen. Achter de kust liggen de kleurrijke groentetuinen, wijngaarden en fruitboomgaarden van de 'Barrocal'. Daarachter gaat het heuvellandschap geleidelijk over in de twee bergruggen met een subtropische vegetatie: dadelpalmen, johannesbrood-, vijge- en amandelbomen. Hier liggen de primitieve dorpen of alleenstaande boerderijtjes, die sterk afsteken tegen de veel mondainere kuststrook.





Begin- en eindpunt rondreis = Leiria.  Afstand Utrecht-Leiria = 2150 km.  Afstand rondreis = 1750 km.

















Design by: Alcapalis Webdesign